Deze site wordt mede mogelijk gemaakt door Traktatiecorner.nl
Like Traktatiecorner op Facebook en blijf op de hoogte van de leukste traktaties en knutselideetjes.

winter

Pinguin

Dit heb je nodig:
- toiletrolletje
- schaar
- lijm
- gekleurd papier
- crêpepapier

Omplak het toiletrolletje met wit crêpepapier. Van zwart crêpepapier maak je een prop die je op het rolletje plakt. Van zwart crêpepapier maak je vervolgens de vleugels van je pinguin. De ogen kun je maken van papier of een klein propje crêpepapier. Van een stukje oranje papier dat je oprolt kun je een snavel maken. De pootjes knip je uit een stukje oranje papier.
Iglo

Dit heb je nodig:
- stroken krantenpapier
- behangerslijm
- bakje
- ballon
- schaar
- verf
- penseel

Doop de met de hand gescheurde stroken krantenpapier stuk voor stuk in een bakje met behangerslijm. De overtollige lijm kun je er met je vingers afwrijven.
Leg de stroken kris-kras (horizontaal, vertikaal, schuin) op de opgeblazen ballon tot deze helemaal bedekt is. Leg op deze manier minstens twee lagen over elkaar en laat het drogen.
Knip de beplakte ballon doormidden zodat er een iglo ontstaat. Knip er een halve cirkel uit die als ingang voor je iglo dient.
Nu kun je de iglo beschilderen.
Sneeuwpop

Dit heb je nodig:

- oude krant
- behangerslijm in een bakje
- stukje stof
- gekleurd papier
- keukenrol of toiletpapier
- schaar

Maak met het krantenpapier twee stevige proppen. Maak de ene wat groter dan de andere zodat je ze kunt gebruiken als lijf en hoofd. Beplak de proppen met stukken met lijm ingesmeerd keukenrol of toiletpapier (papier-maché). De bollen zijn dan al wit en je hoeft ze later niet te verven. Als de bollen klaar zijn leg je ze op elkaar, je plakt ze met een laagje papier-mach aan elkaar vast.
Met dun gekleurd papier maak je kleine propjes. Rol ze met wat plaksel tussen je vingers en plak ze op de sneeuwman. Op deze manier kun je de ogen, de neus en de mond maken.
De sjaal knip je uit een lapje stof en knoop je om de hals van de sneeuwpop. Het is ook leuk om een sjaal te weven van wol.
De hoed maak je van stevig papier. Knip een reepje uit en maak aan beide lange zijden plakranden. Plak de smalle kanten over elkaar, zodat er een ring ontstaat. Vouw de plakranden naar binnen zodat je de ring op een cirkel kunt plakken die groter is dat de ring. Aan de andere kant plak je een cirkel die even groot is als de ring. De hoed is nu klaar en kan op de sneeuwpop geplakt worden.



Sneeuwpop van een eierdoos

Dit heb je nodig:

- eierkarton
- vel stevig papier
- gekleurd papier
- stukje stof
- watten
- lijm
- schaar
- witte verf
- penseel

Maak het lijf van de sneeuwpop door een strook van 3 vakjes uit het eierkarton te knippen. Verf de sneeuwpop wit en het laat hem drogen. Ondertussen tamponeer je sneeuw op het vel papier, de sneeuwvlokken kun je maken van watten. Als de sneeuwpop droog is knoop je hem een sjaal om die je uit een stukje stof knipt. Hierna plak je hem op het vel papier. Met dun gekleurd papier maak je kleine propjes. Rol ze met wat plaksel tussen je vingers en plak ze op de sneeuwman. Op deze manier kun je de ogen, de neus en de mond maken.


Een skiër

Een skiër

Dit heb je nodig:
- koker
- textiel
- wol
- verf
- kwast
- schaar
- lijm
- rietjes
- stevig papier

Verf het bovenste deel van de koker in de kleur van de huid.
Neem vervolgens een lapje stof en wikkel dit om de koker. Zorg ervoor dat het bovenste deel van de koker, het beschilderde hoofd, vrij blijft.
Van stevig papier maak je de armen en de ski's. Op de armen plak je de stof die je ook om de koker hebt geplakt.
De ski's kun je met verf beschilderen. Met lijm bevestig je de armen aan het lijf en de skies eronder.
Knip een rietje doormidden om de stokken te maken. Ogen, neus en mond kun je uit papier knippen en opplakken. Het haar maak je van wol. Uit een lapje stof knip je een das die je de skiër omknoopt.


Nog een pinguin

Dit heb je nodig:
- grote koker (pringles)
- zwart papier
- wit papier
- oranje papier
- vel toiletpapier
- schaar
- lijm

Beplak de koker met een vel zwart papier. Vervolgens knip je de buik uit wit papier en plak je hem op de koker. De vleugels knip je uit zwart papier. Plak deze met een klein beetje lijm bovenaan vast aan het lijf. De pootjes maak je van het oranje papier. Zet hiervoor de koker op het papier, teken dan de poten zodat ze zeker groot genoeg zijn.
De ogen zijn gemaakt van propjes toiletpapier en de snavel is gemaakt door een driehoek te knippen uit een dubbelgevouwen stukje oranje papier.

Sporen maken

Dit heb je nodig:
- gips
- water
- bak om gips in aan te maken
- lepel
- schoenendoos met zand

Als het heeft gesneeuwd is het leuk om met de kinderen op zoek te gaan naar sporen die de dieren hebben gemaakt in de sneeuw. Omdat het niet zo vaak sneeuwt kunt u de kinderen natuurlijk ook plaatjes van sporen laten zien.

Om zelf sporen te maken gaat u als volgt te werk: Zet een schoenendoos met zand op de grond. Een kind maakt met zijn voet een duidelijke afdruk in het zand. Giet hier voorzichtig het met water tot een papje aangemaakte gips overheen. Laat het gips goed hard worden. Haal de gipsvorm uit het zand en draai hem om. Veeg de vorm schoon en je ziet de afdruk van de voetzool van het kind.


Liedjes en versjes


Sneeuwvlokje, sneeuwvlokje, dwarrel maar rond,
kom met je vriendjes bij ons op de grond.
Sneeuwvlokje, sneeuwvlokje, kom nu maar gauw,
misschien maak ik straks wel een sneeuwpop van jou.


Wat is een wak? vroeg beer aan olifant,
die zei meteen: kom - geef me maar een hand.

Ga met me mee - we lopen naar het meer,
stap op het ijs en spring dan op en neer.

En beer die sprong, totdat het ijs daar brak,
nou kijk - zei olifant - d t noem je nou een wak.


Was een sneeuwpop van een meter,
en die sneeuwpop had het koud.
Was een sneeuwpop van een meter,
en die sneeuwpop had het koud.
En dus dacht hij: "Ik ga wand'len,
ik ga wand'len in de stad."
En dus dacht hij: "Ik ga wand'len,
ik ga wand'len in de stad."
En de mensen zeiden: "Nee maar,"
en de mensen riepen: "h ."
En de mensen zeiden: "Nee maar,"
en de mensen riepen: "h ."
Maar de sneeuwpop zag een huisje,
en hij dacht: "Daar is het warm."
Maar de sneeuwpop zag een huisje,
en hij dacht: "Daar is het warm."
En dus ging hij daar naar binnen,
maar de kachel brandde hard.
En dus ging hij daar naar binnen,
maar de kachel brandde hard.
En toen smolt die arme sneeuwpop,
hij smolt bijna helemaal.
En toen smolt die arme sneeuwpop,
hij smolt bijna helemaal.
En de rest ging in de diepvries,
en de sneeuwpop werd weer hard.
En de rest ging in de diepvries,
en de sneeuwpop werd weer hard.
Was een sneeuwpop, wel een kleintje,
maar hij deed nooit meer zo dom.
Was een sneeuwpop, wel een kleintje,
maar hij deed nooit meer zo dom.


Dag meneer de sneeuwman,
waar kom je vandaan?
Dag meneer de sneeuwman,
blijf maar staan.
Hier is een bezem,
een stok en een hoed.
Dag meneer de sneeuwman,
het staat je goed.